14 september webinar robuuste aardappelrassen
De markt van de tafelaardappel bestaat in 2030 vrijwel volledig uit phytophthora resistente en dus duurzame rassen, verwacht directeur Jan Eric Geersing van veredelaar Geersing Potato. Maar zelfs voor de frietaardappel verwacht hij komende jaren een doorbraak die bijna chemievrij bestrijden van aardappelteelt mogelijk maakt. ‘Er zit genoeg in de pijplijn aan veredeling.’ De crispr-cas ontwikkeling is volgens Geersing daarin niet zaligmakend. Jan Eric Geersing is één van de panelleden tijdens het webinar robuuste rassen op 14 september. ‘Resistentie management belangrijk.’
Echt robuust
Geersing spreekt overigens liever niet over robuuste aardappelrassen. ‘Die term wordt vaak gebruikt door leveranciers die de boot hebben gemist qua veredeling. Bij die “robuuste” rassen zijn vaak alsnog chemische bestrijdingsmiddelen nodig.’ Liever heeft Geersing het over phytophthora resistente rassen. Die zijn pas echt robuust. ‘Ik zeg niet dat je daar helemaal geen gewasbescherming bij nodig hebt, maar voor tachtig procent is het echt resistent.’ Voor de finetuning opteert Geersing voor biologische bestrijdingsmiddelen. ‘De combi (resistent en biologische bestrijdingsmiddelen) maakt (bijna) chemieloos bestrijden mogelijk.’ Al maakt Geersing wel een kanttekening. ‘Er is altijd kans op een phytophthora bombardement die voor een doorbraak in resistentie zorgt. Daar moet je voor oppassen. Je zult aan heel goed resistentie-management moeten doen om rassen te beschermen. Ingrijpen als het moet. Maar er zijn inmiddels genoeg resistente rassen om een serieuze keuze te maken voor dit type aardappel.’
Tafel versus friet
De biologische markt voor aardappelen in Nederland is klein (1500 ha). Koppel daar nog 500 ha biologisch pootgoed aan vast en je hebt de biomarkt wel te pakken. Heb je het over phytophthora resistente gewassen, heb je het vaak toch vooral over gangbare aardappelrassen. Geersing: ‘Ik denk dat je voor de tafelaardappel met resistente gangbare gewassen in 2030 een heel eind bent om (vrijwel) chemievrij te zijn. Supermarkten kunnen dat ook wel afdwingen.’ Voor de grote markt van de frietaardappelen is dat anders. De nu resistente rassen zijn nog niet goed genoeg qua bakkwaliteit. Je ziet ze soms alleen op hippe festivals en in een klein aantal cafetaria’s. Het gros van de friet komt van niet phytophthora resistente rassen. Toch ziet Geersing ook hier doorbraken. ‘Wij, maar ook een partij als Agrico zijn druk bezig om ook voor de grote frietmarkt phytophthora resistente rassen te veredelen. Er zit genoeg in de pijplijn om de Farm to Fork ambitie van 50% reductie van inzet van middelen in 2030 te halen.’
Crispr-cas
En daar is de crispr-cas revolutie niet eens voor nodig, denkt Geersing. Er wordt een doorbraak in Brussel verwacht om deze techniek toe te staan. Geersing: ‘Dat klinkt allemaal mooi, maar ik denk dat de maatschappij blokkades gaat opwerpen. De weerstand in de maatschappij is nog te groot. De gedachte is ook te vaak: we knutselen wel wat in elkaar. Er wordt wel heel makkelijk over die technologische ontwikkelingen gedacht. Het gaat met crispr-cas technieken mogelijk hooguit iets sneller qua veredeling. De klassieke veredeling zoals wij die doen, kan ook tot resultaten leiden. De grote klapper richting frietmarkt moet denk ik komen van de snelheid waarmee wij en partijen als Agrico met nieuwe resistente rassen komen. En er zit genoeg aan te komen.’
Meedoen aan het webinar? Dat kan. Schrijf je hier in. Dit webinar wordt mogelijk gemaakt door de Boerderij van de Toekomst en de Nationale Proeftuin Precisie Ladbouw (NPPL).
Door op “Plaats reactie” te klikken ga ik akkoord met
de gebruikersvoorwaarden en de Privacy Policy.