Betere stikstofbenutting voor hogere grasopbrengst
Op praktijkcentrum De Marke in Hengelo (Gld.) wordt dit jaar bekeken of het mogelijk is om met een betere stikstofbenutting een kwalitatief hogere grasopbrengst te halen. Daartoe werd eind februari voor het eerst drijfmest verdund met water uitgereden.
Een optimale benutting van stikstof uit drijfmest is één van de speerpunten op het praktijkcentrum De Marke. Het onderzoeksbedrijf neemt voor het derde jaar op rij deel aan het NPPL-project en wordt binnenkort omgevormd tot coöperatie. Het melkveebedrijf wil zoveel mogelijk (ruw) eiwit uit organische stikstof maken en zo min mogelijk stikstof verliezen naar bodem, oppervlaktewater en lucht. Dit jaar wordt bekeken of zodebemesten met water verdunde drijfmest en digestaat een betere stikstofbenutting oplevert in grasland en zo de waardevolle mest uit de put nog beter is te benutten.
(tekst gaat onder foto verder)
Praktijk erg enthousiast
“Er is momenteel veel enthousiasme bij veehouders die her en der horen en zien dat met water verdunde drijfmest tot 20% hogere grasopbrengsten kan opleveren”, zegt Henry Mentink, allround medewerker bij De Marke. “Eerdere onderzoeksresultaten geven daar geen duidelijk beeld van en mede daarom willen we dit jaar gaan bepalen of een meeropbrengst haalbaar is en zo ja hoe groot. Temeer omdat een betere benutting van stikstof uit drijfmest ook een besparing op stikstofkunstmest op kan leveren.”
Herman van Schooten, onderzoeker bij Wageningen University & Research (WUR) en begeleider van De Marke in het kader van NPPL tempert het enthousiasme: “Eerdere onderzoeken met sleepvoetbemesters leverden namelijk bij voldoende verdunning van minimaal een deel water op twee delen mest wel een 30 tot 50% lagere ammoniakemissie op, maar nauwelijks meer grasopbrengst. Afgelopen jaar zijn onderzoeken gestart op twee locaties op zandgrond met verdunde mest, aangewend met de zodebemester. Ook daar kwamen geen noemenswaardige meeropbrengsten uit. Dit jaar wordt het onderzoek herhaald.”
(tekst gaat onder foto verder)
Liefst 1 op 2
Tijdens de eerste bemesting wordt normaliter 35 m3 drijfmest per hectare toegediend en dat was ook nu het vertrekpunt. “35 m3 is vrij fors, maar dat willen we altijd wel geven omdat de gehaltes in onze mest vrij laag zijn vanwege het spoelwater van de melkrobot(s). Bovendien is er door onze rotatieteelt van drie jaar mais en drie jaar gras, extra mest beschikbaar die niet op maisland aangewend hoeft te worden en dus benut kan worden op ons grasland. Hierdoor is het mogelijk slechts minimaal kunstmest te gebruiken”, zegt Henry.
De rapportages over het verdund uitrijden van drijfmest met sleepvoetbemesters waren aanleiding voor De Marke om te starten met een deel water en twee delen drijfmest: 17,5 m3 water en 35 m3 drijfmest. Voor de toediening huurde De Marke de vaste loonwerker Freriks uit Heelweg (Gld.) in met hun vijfwielige Vervaet-zelfrijder met NIR-sensor en nieuwe sleepslangcombinatie. Water werd via een aparte doorstroommeter bijgemengd vanuit een container en de drijfmest en de digestaat werden op dezelfde wijze uit mestput en -bassin gepompt. De pomp mengt het water en de mest en stuurt het mengsel richting bemester. Technisch verliep dit prima maar het totale volume van 52,5 m3/ha bleek te groot. De zodebemester kon dit volume niet kwijt in de bodem, de sleufjes stroomden over. Daarom is de hoeveelheid water verminderd naar 10 m3/ha (45 m3/ha in totaal).
(tekst gaat onder foto verder)
Diverse voordelen
Technisch gezien is Henry Mentink erg enthousiast over de nieuwe werkwijze. “De zelfrijder heeft slechts een klein buffervolume van 2 m3 in de tank in plaats van maximaal 19 m3 en dat betekent fors minder bodemdruk. Bovendien is er geen (veld)transport nodig om de tank te hervullen, hij rijdt niet onnodig over het perceel en over de kopakkers. Doordat de zelfrijder op het perceel kan blijven, kan de bandendruk bovendien continu op 1 bar blijven.”
De kostprijs van het verdund bemesten met de sleepslangbemester is gelijk aan het traditionele zodebemesten zonder water. “De capaciteit lag op zo’n 200 m3/u en de zelfrijder verlaat het perceel niet om te vullen. Dat scheelt toch wat tijd. Sommige veehouders geven aan dat de kostprijs lager kan zijn dan traditioneel bemesten.”
Henry verwacht ook agronomische voordelen van het bijmengen van water. “Je combineert als het ware een mooie bui met een bemesting. Het gaat weliswaar maar om 1 mm water per hectare, maar dit vocht zit gelijk dichtbij de wortelzone zodat de planten direct de combinatie van water en mest tot zich kunnen nemen. Zeker in de droge zomermaanden verwacht ik daarvan een positief effect op de grasopbrengst op onze droge zandgronden. Ik hoop dat uit de opbrengstmetingen straks blijkt dat we 5% meeropbrengst halen en, niet minder belangrijk, minder ammoniakemissie realiseren en minder kunstmest nodig zijn.”
Door op “Plaats reactie” te klikken ga ik akkoord met
de gebruikersvoorwaarden en de Privacy Policy.