Dataverzameling uitbreiden en inzetbaar maken

Pim Sturm wil stappen maken bij verzamelen van data en het aantonen van het nut van precisietoepassingen. Realtime reageren heeft extra zijn aandacht.

Op het akkerbouw- en loonbedrijf van Pim Sturm (Loonbedrijf Sturm-Jacobs) in Wieringerwerf (N.-H.) is precisielandbouw niet nieuw meer. In 2002 was Sturm de eerste die in de Wieringermeer op GPS reed. Daarna wilde hij meer dan alleen recht rijden; hij verzamelde data en stapte in pilotprojecten. Hoewel hij kennis haalt en brengt waar mogelijk, is Sturm van mening dat aanhaken bij een project als de Nationale Proeftuin Precisielandbouw (NPPL) noodzakelijk is om echte stappen te zetten. Dat betekent in de eerste plaats structuur aanbrengen in alle ideeën, maar ook aantonen dat iets werkt. Daarvoor zal een schifting gemaakt moeten worden in bruikbare data.
Om hiermee vooruitgang te boeken, heeft Sturm zijn werknemer Martijn Laan, die afstudeerde aan Van Hall in Larenstein, opdracht gegeven om op een handige manier aanwezige data, kaarten en resultaten uit projecten te archiveren. De teeltregistratie zal worden uitgebreid met gegevens van bodemscans en opbrengstmetingen van de bietenrooier, de combines en de bollenrooimachines.
Uiteindelijk is het de bedoeling dat effecten als meeropbrengsten en besparingen kunnen worden aangetoond. ‘’Nu kunnen we ook al veel, maar klanten vragen er niet om’’, aldus Sturm die toegeeft dat hier niet altijd genoeg aandacht aan werd besteed. Op het eigen bedrijf komt een goede proef door tijdsdruk vaak niet tot zijn recht. Ook weersomstandigheden spelen een rol. Deelnemen aan NPPL is voor hem een stimulans om dit op te pakken.

Martijn Laan is belast met het archiveren van aanwezige data en de aanleg van proeven.

Variabel bemesten

Als loonwerker heeft Sturm al variabel compost gestrooid en mest uitgereden voor bollenteler Stef Ruiter, ook een deelnemer van NPPL. Daarbij is uitgegaan van de zwaarte van de grond. ‘’Op zand is meer uitspoeling en daar moet dus zwaarder worden bemest.’’

Nu is het tijd om ook op het eigen bedrijf een stap te zetten. Hij denkt zowel aan vaste mest voor het zaaien en/of poten uit, als aan vloeibare bemesting tijdens het uien zaaien.
Ook hier is meten, weten. ‘’We hebben betrouwbare bodemkaarten nodig en dus betrouwbare scanners. Ik heb mijn twijfels over de Verisscan en contact gelegd met Eddy Loonstra om zijn passieve gamma bodemscan in te zetten. Deze lijkt vanwege de zoute kwel in ons gebied betrouwbaarder. Ik heb ook nog oude domeinkaarten van dit gebied. Deze kunnen worden gedigitaliseerd en met gegevens van de scans vergeleken.’’

Sturm is er zeker van dat er dit jaar op gestuurd gaat worden. De machines zijn voorbereid. ‘’We zijn ook al bij Raven (voorheen SBG) geweest om te zorgen dat de kaart is te koppelen aan het GPS-systeem en ingelezen wordt in de software die de machine aanstuurt.’’

Sturm: ‘’We gaan met betrouwbare bodemkaarten van het eigen perceel variabel vloeibaar bemesten in zaaiuien.’’

Bijmesten

Wat betreft het bijbemesten kunnen satellietbeelden die biomassa in het gewas weergeven dit jaar de input zijn. Dat is de beste optie volgens de WUR-onderzoekers Koen van Boheemen en Fedde Sijbrandij die als experts aan het bedrijf zijn verbonden. Bijmest-adviezen op basis van biomassa, zijn volgens Sturm onder collega’s een veel besproken onderwerp. ‘’Ik ben er van overtuigd dat je plekken met meer biomassa zwaarder moet bemesten. Op die plekken is het verbruik en dus de behoefte groter.’’
Omdat het de wens is om variabele doseringen te vergelijken met gegevens uit de opbrengstregistratie, ligt het voor de hand te starten in tarwe. Daarvan is opbrengstregistratie het zuiverst. ‘’Het idee is om in maart de eerste gift met de spaakwielbemester uit te voeren en vervolgens in mei over te bemesten met de kunstmeststrooier. Bij een adviesdosering van 250 kg stikstof per ha, wil hij dan tussen de 200 kilo en 300 kilo variëren.

Realtime reageren

Het ideaal van de akkerbouwer is realtime reageren. ‘’Met camera’s op de machine is het nu al mogelijk onkruiden te detecteren. Ditzelfde geldt voor schimmels en aantastingen in het gewas. Het moet in de toekomst technisch mogelijk zijn om dan direct in te grijpen. Meten en reageren.’’
Hier temperen de experts zijn enthousiasme. Ten eerste moeten de systemen dan nog flink versneld worden. ‘’Het realtime verwerken van de data vraagt nu nog enorm veel van de computers aan boord, als ze het al kunnen. Dit is afhankelijk van wat je wil meten/detecteren. Daarnaast weet je bij een real-time toepassing niet hoeveel je gaat gebruiken op je perceel.’’ Bij gewasbescherming is dat volgens Van Boheemen niet een al te groot probleem, bij bemesting ligt dit anders. ‘’Het kan niet zo zijn dat de laatste hectare geen kunstmest krijgt omdat het op de eerdere hectares al verstrooid is. Daarom is vooraf een overzicht nodig en wordt vervolgens geoptimaliseerd.’’
Realtime reageren is wat een Spotsprayer doet. Dit is een kleine robot met spuitunit, die camera gestuurd plantspecifiek spuit met een herbiciden of gewasbeschermingsmiddel. Sturm heeft hier zijn oog op laten vallen en wil het idee meenemen naar de looftrekker.

De vraag is of er een camera op de looftrekker gemonteerd kan worden die aangeeft waar moet worden nagespoten, of dat dit camera gestuurd in een tweede werkgang gebeurt met een soort spotsprayer. “Ik houd van realtime ingrijpen, maar ben misschien de tijd vooruit”, aldus Sturm.

Loofdoden

Met het mechanisch looftrekken heeft hij goede ervaring opgedaan, al werkt het niet afdoende. De Remac-looftrekker, geleverd door Voets uit Wieringerwerf, doet zijn werk bij 80% van de planten, bij nog eens 10% kreeg het loof een flinke knauw. ‘’We waren eerst teleurgesteld en de klanten ook, maar naderhand bleek dat na tien dagen ook de beschadigde planten dood waren. De meesten hebben nog een volledige dosering Spotlight nagespoten, maar ook die waren blij omdat het resultaat hiervan beter was dan normaal.’’
Om het rendement te verbeteren, denkt hij aan een camera op de machine, die net als bij de Spotsprayer de planten die nog staan, herkent en dood spuit. Een uitdaging, volgens Sturm. ‘’De camera moet de gezonde plant tussen de dode planten herkennen. We weten niet of dit meteen kan of bijvoorbeeld pas tien dagen later.’’ Wat hij wel weet, is dat er een aanzienlijke besparing op middel haalbaar is. ‘’Het is een financiële besparing en tevens een mooi gebaar naar de regelgeving. We moeten de middelen die we nog hebben zolang mogelijk behouden.’’

Experts: voor realtime uitvoeren nog een paar jaar nodig

Koen van Boheemen en Fedde Sijbrandij van Wageningen University en Research (WUR) hebben als taak deelnemers bij te staan in het implementeren van precisietoepassingen. De experts beamen dat Sturm over veel data beschikt en mogelijkheden om deze te verzamelen. Deze goed archiveren en koppelen aan teeltregistratie heeft bij Sturm prioriteit en het wordt door hen als een uitdaging gezien. De assistentie kan bestaan uit het delen van kennis en kanaliseren van projecten.

Bij het loofdoden wil Sturm een nieuwe stap zetten. Dat juicht Van Boheemen toe. ‘’Of er eerst apart loof getrokken wordt, daarna in een tweede bewerking gemeten en meteen of zelfs in een derde gang wordt gespoten, of dat er tijdens het looftrekken real-time gespoten gaat worden, moeten we nog even uitdokteren. Daarvoor wil ik de looftrekker ook graag eerst een keer bekijken. Ik zie er persoonlijk wel iets in om meteen na het trekken nog iets te doen, maar is even afhankelijk van hoe makkelijk we dat realiteit kunnen maken.’’
Het idee van Pim om realtime dingen te meten en dan uit te voeren, is inderdaad een ideaalplaatje. ‘’Echter is het probleem vooral dat je vaak eerst een overzicht van je perceel (aan de hand van metingen) wilt hebben, zodat je vervolgens de dosering kan kiezen. Op zich kunnen toepassingen waarbij bijvoorbeeld voorop gemeten en achterop toegepast heel prima, denk bijvoorbeeld aan de aardappelopslagrobot die we in Valthermond hebben gedemonstreerd. Dit vergt per toepassing/situatie tijd en die toepassingen hebben denk ik nog een paar jaar nodig om volwassen te worden.’’

Leave a Reply

Your email address will not be published. Required fields are marked *

Door op “Plaats reactie” te klikken ga ik akkoord met
de gebruikersvoorwaarden en de Privacy Policy.