‘De bottom line is: meten is weten’
Daniël Cerfontaine beschouwt plaatsspecifieke opbrengstbepaling en reflectie daarop belangrijk voor precisielandbouw. “Het NPPL-project helpt deuren te openen.”
“Wat we nu precisielandbouw noemen heeft weinig toegevoegde waarde voor wie al 30 jaar lang op een overzichtelijk akkerbouwbedrijf heel precies boert.” Dat zegt Daniël Cerfontaine. “Wie al vele jaren op 50 of 100 hectare eigen grond boert en een 1-4 bouwplan heeft met aardappelen, suikerbieten, graan en uien, die weet onderhand wel precies wat er gebeurt en hoe die het beste uit zijn grond kan halen.”
Grote bedrijven
Cerfontaine ziet de winst van precisielandbouw vooral ontstaan op grote en groeiende bedrijven met vaak veel onbekend huurland en met personeel. Hij redeneert dat op dergelijke bedrijven slagen te maken zijn voor aardappelenpercelen goed in beeld zijn. “Om een begin met variabele toediening te maken moet je percelen in beeld krijgen. De vergaarde kennis moet je voor bijvoorbeeld variabel poten zo goed op de machine krijgen dat bij wijze van spreken een willekeurige chauffeur mooi werk kan maken. Vervolgens begint daarvandaan de perfectie. Schaalgrootte maakt precisielandbouw belangrijker.”
Plaatsspecifieke opbrengstgegevens
Cerfontaine is dit eerste jaar van de NPPL vooral bezig met de stroomlijning van de data die hij op zijn akkerbouwbedrijf en bij de loonwerkklanten verzamelt, zodanig dat die gegevens weer verder gebruikt kunnen worden.
Nu, halverwege het jaar stelt hij vast dat het NPPL-project helpt deuren te openen. Met Wageningse ondersteuning is Daniël Cerfontaine nu bezig de implementatie van Cloudfarm van Dacom, dat data van tractoren en landbouwmachines automatisch koppelt aan de teeltregistratie in de computer.
Concreet gaat het om op opbrengstgegevens uit de combines, de trekkers en de Challenger-veldspuit. Wat de akkerbouwer betreft, komen daar zo spoedig mogelijk plaatsspecifieke opbrengstgegevens vanaf de 3 meter brede Holoras uienrooier bij. “In principe is van uien de opbrengst betrouwbaar bij de oogst te bepalen. Kwestie is alleen dat een vlakke transportmat nodig is van minimaal een meter lang om de weegsensor onder te plaatsen. Holaras denkt er over na hoe dat te doen.”
Belangrijke eerste stap
Cerfontaine beschouwt plaatsspecifieke opbrengstbepaling en reflectie daarop als een belangrijke eerste stap voor precisielandbouw. “In zekere zin is opbrengstbepaling ook een vorm van scannen van wat de bodem te bieden heeft. Zeker als je naast de graanopbrengst ook die van de uien in beeld hebt. Daarvandaan kun je gaan kijken wat je nog meer wilt weten en daar teeltmaatregelen op afstemmen.”
Maar het is ook gewoon meteen heel praktisch: “Als ik weet hoeveel uien op het land liggen, kan ik als loonwerker het transport en de opslag efficiënt plannen. Hoeveel tonnen, hoeveel vrachtwagens, hoeveel inschuurruimte. Dat is ook precisie. Zonder goede registratie is precisielandbouw onmogelijk. We kunnen wel denken dat we met precisie de teelt verbeteren, maar is dat ook werkelijk zo? De bottom line is: meten is weten.”
1 Comment