Meer precisie met zo laag mogelijke kosten
Akkerbouwbedrijf Sturm gaat dit teeltjaar opnieuw verschillende stappen zetten op het gebied van precisielandbouw. Het bedrijf wil met meer precisietoepassingen aan de slag, waarbij het een scherp oog heeft op de kosten.
De variabele toediening van bodemherbicide wordt van alleen in de uien uitgebreid naar wortelen en witlof. Bij aardappelen gaat de pootafstand gevarieerd worden op basis van de potentie van de grond en de potentie van het pootgoed. De stikstofoverbemesting van aardappelen en misschien ook die in de wortelen gaat gebaseerd worden op dronebeelden van de bladmassa. Op dezelfde manier wordt straks ook de pleksgewijze variatie in dosering van loofdoodmiddelen de aardappelen bepaald. Ook met de drone wordt gekeken naar waar precies in de suikerbieten distelplekken staan, waarna die met de veldspuit pleksgewijs worden doodgespoten.
Bodempotentiekaart
Anders dan in het eerste jaar dat Max Sturm deelnam aan NPPL komen dit jaar de bodempotentiekaart van toeleverancier Van Iperen en de brandstofkaart uit de eigen trekker in plaats van een bodemscan. De reden is vooral dat de eerste 2 goedkoper zijn dan scans. Daarbij zou collega NPPL’er Martin de Meijer in Zeeland goede ervaringen hebben opgedaan met de bodempotentiekaart. Die kaart wordt gemaakt op basis van open bronnen, waaronder bestaande bodemkaarten, satellietbeelden, hoogtekaarten, kennis van de teler et cetera.
Zo’n bodempotentiekaart is goedkoper dan een bodemscan. Het maken van de kaart kost € 0 tot € 30 per hectare, afhankelijk van hoeveel afgenomen middel. Als je al je middelen bij van Iperen afneemt kost het niets. Daarnaast kost een account voor het online TT+-concept € 300 per perceel.
Pootmachine aanpassen
Max Sturm: “Dat is dan inclusief de begeleiding en voor aardappelen ook de bijbehorende kiemproeven van het pootgoed. De pootafstand is behalve van de grond ook afhankelijk van het aantal stengels dat je per knol of per meter kunt verwachten. Daaruit komt de adviespootafstand voor de verschillende plekken.”
“We gaan dat doen voor onze Innovator fritesaardappelen. We gaan daarvoor onze pootmachine aanpassen. De afgifte van de poters met een hydromotor gaan we met sensor aansturen in plaats van de mechanische-aandrijving vanaf de verkruimelrol van de pootcombinatie. De taakkaart voor het poten gaat in Isobus-terminal op de trekker. Die stuurt een variatiemodule aan, die het signaal vertaalt naar ventielenblok van de hydromotor. Wat precies de variatie in de pootafstand wordt, weten we nog niet. Het gaat om het aantal verwachte stengels, dus van de potentie van de grond en die van de pootaardappel. Wat de pootafstand wordt moet nog blijken. Dat gaan we met Van Iperen afspreken.”
Hogere, uniformere opbrengst
Vader Koos Sturm voegt toe dat ook als je niet gaat variëren via een taakkaart, je eigenlijk wat beter naar het pootgoed zou moeten kijken. “De potentie van het pootgoed is nogal een ondergeschoven kindje.”
De goede benutting van bodem- en pootgoedpotentie moet uiteindelijk leiden tot een hogere, uniformere opbrengst aan Innovator fritesaardappelen. Maar de aanpassing aan de pootmachine om variabel te kunnen poten geeft ook meteen al een voordeel.
Max: “Doordat we nu met de machine variabel kunnen we gaan poten, kunnen we precies aan het begin van de rij beginnen met aardappelen weg te leggen. Dus niet al op de kopakker om op het goede moment op diepte te zitten. Dat bespaart op onze percelen ongeveer 1% pootgoed. Dat scheelt 1.200 kilo per jaar à 50 cent per kilo, € 600 per jaar. Plus dat de we op de kopakker die ongewenste aardappelen niet meer tegenkomen.
Brandstofkaart
Het tweede aanvullend alternatief voor de bodemscan waarmee Sturm aan de slag gaat, is de kaart op basis van variatie van het brandstofverbruik bij de grondbewerking. Het idee is dat waar de grond zwaarder is, de grondbewerking zwaarder gaat en daarmee het brandstofverbruik hoger is.
“Deze winter zijn we erachter gekomen dat onze New Holland-trekker dat al lang kan met SBG-terminal”, vertelt Max. “We hebben die T6.160 AC al 3 jaar. Het enige wat we misten was een Isobus-kabel van enkele tientjes om de trekker aan de terminal te verbinden. Hadden we de afgelopen 3 jaar al kunnen gebruiken. Die verschillen in brandstofverbruik zie je bij ploegen, maar ook bij aftakas-aangedreven zaaibedbereiding. Zo kun je veilig en goedkoop met precisielandbouw beginnen. Uit TT+ blijkt dat er veel overeenkomst is tussen brandstofkaart en bodempotentiekaart.” Ook de nieuwe Steyer 6165 CVT kan brandstofkaarten maken.
Kleine zelfrijder
De goede ervaringen vorig jaar met de Amazone zelfrijdende demo-spuit is reden geweest een nieuwe 30 meter brede gedragen spuit aan te schaffen. Met een basistank van 2.000 liter en een fronttank van 1.500 liter kan in combinatie met een Wingsprayer uit 1 vulling 22 hectare worden gespoten. “Dus meer dan de 17 hectare die we met onze eigen getrokken CHD-spuit konden. Minder vaak vullen, wat sneller rijden, dit is in feite een kleine zelfrijder.”
Deze spuit speelt ook een centrale rol in pleksgewijze aanpak van distels in suikerbieten op basis van een dronebeeld. Dat dronebeeld geeft in grids van 50×50 cm aan waar wel en niet moet worden gespoten.
Max: “Het wordt dan nog wel even puzzelen hoe de doppen precies moeten worden aangestuurd. De machine schakelt in principe de doppen niet afzonderlijk aan, maar uit. Dus als ergens in de spuitboombreedte een dopje aan moet, dan betekent dat dat eerst de alles aan moet en vervolgens alles behalve 1 uit. Ofwel, midden onder de machine moet in principe ook een gridje aan staan. Er wordt aan gewerkt om dat te laten lukken.”
‘Nieuw jaar met nieuwe precisietoepassingen’
Expert Koen van Boheemen: “De plannen die de mannen Sturm voor 2019 hebben, laten zien dat ze het afgelopen jaar een enorme stap gemaakt hebben op het gebied van precisielandbouw. Ze hebben zich laten informeren door een groot aantal bedrijven die een grote hoeveelheid oplossingen en technieken voor precisielandbouw aanbieden. 1 van de vragen die steeds centraal staat is: hoe komen we op een goedkope manier aan betrouwbare data over onze percelen? Verschillende toepassingen in 2018 gebruikten de bodemscandata als input. Alleen vonden de Sturms dat de match tussen prijs en detailniveau bij de bodemscan ontbrak. Verschillende andere opties zullen dit jaar daarom onder de loep genomen worden.”
“De voorbereidingen om trekkrachtmetingen en/of brandstofverbruikmetingen te doen zijn al in volle gang. De grote meevaller hierbij was dat 2 van de trekkers op het bedrijf, een van 1 jaar oud en een van 3 jaar oud, al voorbereid waren om deze informatie op te slaan. Er was slechts 1 kabel nodig om het systeem operationeel te krijgen.”
“Het kan dus ook voor andere akkerbouwers zeker de moeite waard zijn om eens te kijken wat hun tractoren precies kunnen. Er zijn misschien mogelijkheden. Natuurlijk zullen we kritisch naar de data uit de tractoren moeten blijven kijken. Als we aan de slag gaan met een grondbewerking en hierbij het brandstofverbruik meten dan zal de automatische diepteregeling hier invloed op hebben. Voordat we de data in precisielandbouwtoepassingen kunnen gebruiken zullen we hiervoor dus eerst moeten corrigeren, maar dat gaat ongetwijfeld lukken. Wordt vervolgd!”
1 Comment
Mooie aanpak. Lijkt veel belovend. Wordt ook nog vergelijking gemaakt met groeiverloop gewassen op de percelen 2017 en 2018 van satellietbeelden?
Door op “Plaats reactie” te klikken ga ik akkoord met
de gebruikersvoorwaarden en de Privacy Policy.