Minder ijzer en meer camera’s en techniek
Henk Verdegaal gaat met precisielandbouw plaatselijk onkruidbestrijding en variabel ziektebestrijding toepassen. Het zijn uitdagingen in de bollenteelt.
Het is december en op de akkers rondom het bedrijf van Henk Verdegaal heerst een diepe rust. Een heel ander gezicht dan in het voorjaar als hier volop tulpen, hyacinten en narcissen groeien. Binnen in de kassen is er echter volop activiteit. De bollenteler produceert ook dagverse tulpen via zogenoemde broei. “We zijn ermee begonnen omdat de winter een rustige periode is”, vertelt de ondernemer. Het is inmiddels uitgegroeid tot een stevige pijler onder het bedrijf.
Gerichter spuiten tegen schimmels en onkruid
Ook in de machineloods is het rustig en staan trekkers en machines klaar om in het voorjaar weer volop aan de slag te gaan. 1 machine krijgt dan speciale aandacht, de veldspuit. Voor NPPL gaat Verdegaal namelijk aan de gang met slimme technieken om bespuitingen tegen schimmels en onkruid gerichter uit te voeren. De ondernemer heeft een aantal mogelijkheden van precisielandbouw afgewogen, en kwam hierbij uit.
Op het gebied van bemesting verwacht hij minder voordelen, omdat er weinig variatie is in grondsoort. “Bemesten op basis van een bodemkaart heeft hier weinig meerwaarde.” Bovendien is in zijn visie het gebruik van kunstmest een aflopende zaak.
Minder middelen
De keuze om te kijken hoe hij met precisielandbouw nauwkeuriger bespuitingen kan uitvoeren heeft wel te maken met specifiek de bollenteelt. Deze teelt is, zeker vergeleken met de meeste akkerbouwgewassen, zeer kapitaalintensief.
Het verlagen van het middelengebruik levert direct geld op. Er mag ook best een investering tegenover staan
Verdegaal schetst dat een hectare al gauw € 25.000 omzet per jaar genereert. Vanzelfsprekend zijn de productiekosten ook hoog, waaronder ook bespuitingen tegen ziektes en onkruid. Hij verwacht er in een gemiddeld jaar ongeveer € 1.500 per hectare aan kwijt te zijn. Dat is een belangrijke reden waarom hij voordelen ziet van precisielandbouw. “Het verlagen van het middelengebruik levert direct geld op. Er mag ook best een investering tegenover staan.”
Naast het economisch aspect vindt hij het ook maatschappelijk belangrijk om minder middelen te gebruiken. Ondanks dat hij aan alle eisen voldoet om drift te voorkomen en niet meer spuit dan nodig. “In de zomer fietsen hier mensen langs ons perceel naar het strand en soms houden ze hun handen voor hun gezicht. De burger van nu is veel kritischer ten aanzien van wat zich op dat land afspeelt. Het is een uitdaging om het middelengebruik te verminderen, maar de mensen ook duidelijk te maken wat de sector eraan doet.”
Toepasbaar voor bollenteelt
De uitdaging binnen het NPPL-project is het toepasbaar maken van de huidige technieken voor de bollenteelt. Een nadeel is dat het een relatief kleine sector betreft, waardoor fabrikanten minder snel specifieke investeringen doen. Daar komt bij dat de variatie in kleuren het voor sensoren mogelijk lastig maakt om goed te kunnen detecteren. “Het zijn zeer bonte percelen.”
Voorafgaand aan de start van het project was zijn idee om op het gebied van schimmelbestrijding met een automatisch systeem afwijkingen te herkennen en, afhankelijk van de plaatselijke druk, de benodigde bespuiting laten bepalen. Bijkomend voordeel van precisielandbouw is dat andere eisen worden gesteld aan de mensen die het werk uitvoeren.
Plaatsspecifiek spuiten
Een belangrijke aandoening in de bollenteelt is ‘vuur’; een botrytisstam. De bespuitingen tegen deze en andere ziekten zijn tot nu toe vooral preventief. Tijdens het groeiseizoen wordt over de akkers gelopen ter controle van met name virusziekte bij tulpen en geelziek bij hyacinten. Voor specifiek die toepassing in de bollenteelt zijn de benodigde cameratechniek en beeldverwerking nog niet praktijkrijp. “We gaan kijken wat wel haalbaar is.”
Verdegaal werkt al met een beslissingssysteem voor het beste tijdstip van spuiten. Het idee is verder om op basis van metingen door satelliet, drone en/of aan de spuitbomen de verdeling van biomassa te bepalen. Dat kan dan bepalen hoeveel middel hij kan gebruiken.
Bij de onkruidbestrijding wil hij vooral plaatsspecifiek spuiten, dus alleen waar nodig. Hij noemt vooral distels een vervelend onkruid waar nu te veel tijd en middel aan gespendeerd wordt. “Het lastige is dat het onkruid vaak onder de planten zit. We kijken wat technisch mogelijk is.”
Mechanisatie downsizen
Precisielandbouw kan ook op andere vlakken binnen het bedrijf voordelen op gaan leveren. Zo is Verdegaal al langer op zoek naar mogelijkheden om de mechanisatie te downsizen, zoals hij dat zelf omschrijft. “De machines zijn tegenwoordig zo groot, dat is niet goed voor de belasting van de bodem.” Zo heeft hij zijn spitmachine van 3 meter breed ingeruild voor een exemplaar van 1,5 meter. “Het kost meer tijd, maar omdat we werkgangen combineren blijft de totale werktijd ongeveer gelijk.”
Hij verwacht dat moderne technieken de komende jaren een rol kunnen spelen bij het vereenvoudigen van het machinepark met autonoom werkende machines. “Wat minder ijzer en wat meer camera’s en techniek.” Dat heeft als bijkomend voordeel dat hij ook daar minder hoge eisen aan personeel hoeft te stellen. “Nu hebben we specialistisch werk. Als er meer automatisch kan, is dat niet meer nodig.”
De bollenteler ziet mogelijkheden in een robottrekker. Afgelopen jaar heeft hij al ervaring opgedaan met de zogenoemde ‘greenbot’; een kleine vierwielbestuurde en hydrostatisch aangedreven zelfrijdende trekker. De machine werkt volledig autonoom op basis van een vooraf geprogrammeerd programma. Het heffen van de zware machines bleek echter lastig voor het kleine dappere apparaat. “Bij de aanschaf van nieuwe machines ga ik er wel rekening houden of ze gemakkelijk autonoom te gebruiken zijn.”
‘Bollenteelt is nieuwe tak van sport maar dat is geen probleem’
Het toepassen van precisielandbouw op een bollenbedrijf gaat volgens expert Fedde Sijbrandij met specifieke vragen gepaard. Hij ziet zeker mogelijkheden.
Sijbrandij is enthousiast over het bedrijf van Henk Verdegaal. “Het is een groot bedrijf en Henk is innovatief en bevlogen. Hij durft niet-gangbare paden te bewandelen, zoals het streven naar kleinere machines.”
De uitdaging is het goed in kaart brengen van het gewas
Bollenteelt is een nieuwe tak van sport binnen NPPL maar dat is volgens Sijbrandij geen probleem. “Natuurlijk zijn er verschillen, maar er zijn ook genoeg overeenkomsten met andere akkerbouwgewassen.” Zo kun je bij beide een gewasindex gebruiken (bijvoorbeeld NDVI) voor het variabel doseren van fungiciden. “De uitdaging is het goed in kaart brengen van het gewas. Daarbij is het belangrijk goed te kijken naar te gebruiken resolutie in relatie tot de toepassing.”
Sijbrandij en Verdegaal denken nu aan het gebruiken van een biomassabepaling voor het nauwkeurig toedienen van de hoeveelheid fungicide. “We hebben nog geen taakkaarten, we gaan kijken hoe we die op een slimme manier kunnen maken. Ook kijken we begin volgend jaar welke technische mogelijkheden er zijn.”
Op het gebied van onkruidherkenning is volgens Sijbrandij de vraag in hoeverre de huidige apparatuur onderscheid kan maken tussen planten en onkruid. “Een bloembollengewas groeit toch heel anders dan een uiengewas, waarbij in de bloembollen het onkruid veel meer bedekt is als je ervan bovenaf op kijkt. Over de mogelijkheden gaan we binnenkort met leveranciers praten.”
Door op “Plaats reactie” te klikken ga ik akkoord met
de gebruikersvoorwaarden en de Privacy Policy.