NPPL test voor tweede jaar bodemvochtsensoren
Vorige week zijn op percelen in Dronten en Nijkerk in het kader van onderzoek van de NPPL weer bodemvochtsensoren geplaatst.
Een eerste onderzoek in 2021 leverde op dat de meeste bodemvochtsensoren een redelijk goed beeld van het vochtgehalte van de bodem geven. Dit vervolgonderzoek moet het fundament onder het eerste onderzoek verstevigen, duidelijk maken wat de meerwaarde van systemen is en of meten de boer meer inzicht oplevert.
De onderbuik regeert nog altijd bij de boer. Soms gaat er een schop de grond in om het vochtgehalte van de bodem te ‘meten’, maar meestal bepaalt de boer op intuïtie of de grond te droog is en of er beregend moet worden. “Niks mis mee”, zegt Fred Kool, onderzoeker bij Wageningen UR . “De boer weet vaak echt wel wat hij doet.”
(tekst gaat onder foto verder)
Toch zijn er systemen die de boer beter en meer inzicht bieden in hoe vochtig de bodem is. Inmiddels zijn diverse sensorsystemen op de markt die het vochtgehalte in de bodem vrij exact meten. Vorig jaar is een eerste vergelijkende test gedaan tussen aanbieders van sensoren. Dit jaar zijn wederom op percelen in Dronten (proefkavel AERES Hogeschool) en Nijkerk (bij NPPL-deelnemer Pieter van Leeuwen Boomkamp) diverse vochtsensoren geplaatst om te testen hoe goed ze het doen. Ook wordt er dit jaar een wetenschappelijke referentiemeter ingezet en worden wederom bodemmonsters genomen.
Scores
Gedurende het vorige teeltseizoen verzamelden tien bodemvochtsystemen continu data. Deze data werd vergeleken met bodemmonsters. Dit leverde een score op (tussen de 1 en 10) voor meetnauwkeurigheid. De meeste sensoren scoren op dit onderdeel, zo bleek vorig jaar al, best goed: Farm21, Vantage Agrometius, IrriWatch, Quantified, AgroExact en Dacom kregen allemaal minimaal een 7,5. Vantage doet dit jaar niet mee, nieuwkomers zijn CropX en Agurotech. Missie is ook dit jaar weer om te kijken hoe exact de systemen meten. Fred Kool: “Er zit best prijsverschil tussen de aanbieders (soms een factor 10-red.), dus interessant om te zien wie, hoe scoort.”
Anders dan vorig jaar is er dit jaar geen score op gebruiksvriendelijkheid. Fred: “We doen dat nu op basis van gesprekken met gebruikers, het bleek lastig om zulke verschillende systemen langs één meetlat te leggen.”
In de metingen wordt uitgegaan van twee bodemvochtsensoren per perceel. Kool: ‘Voor veel telers is één sensor per perceel wellicht genoeg, maar in dit onderzoek willen we ook zien hoe reproduceerbaar de metingen zijn.”
Doorvertalen
Fred Kool: “Vochtmeting via sensoren kan heel nuttig zijn. Denk aan de bollenteler die in Noord-Holland woont en zo zijn percelen in pakweg Gelderland kan monitoren en bepalen of er beregend moet worden.”
Maar inzicht voor de boer op basis van sensoren is ook nuttig. Kool: “Eigenlijk zou de boer op basis van de data kunnen bepalen of-ie morgen wel of niet moet gaan beregenen. Zit de grond op of onder een grenswaarde? Toch blijft het altijd maatwerk en gevoel”, zegt Kool. “Stel dat de buienradar zegt dat het overmorgen gaat regenen, moet ik dan vandaag nog wel of niet de haspels uitrollen? Diverse systemen geven daar ook al wel advies over (elk op een eigen manier), maar toch zal de boer altijd zelf moeten beslissen. Maar sensoren geven zeker inzicht.”
Met de metingen van dit jaar, moet nog duidelijker worden hoe de verschillende merken exact meten, hoe ze ten opzichte van elkaar verschillen en of de meerwaarde van een systeem de aanschaf rechtvaardigt. Zeker in een jaar als dit waarin het erg droog is, kan data de boer helpen met zijn beregeningsplan. Of sensoren en het tijdig beregenen ook effect heeft op de uiteindelijke opbrengst van de oogst, is nu nog niet te zeggen, volgens Kool. “Op termijn zou het mooi zijn als ook dit meegenomen kan worden als uitkomst van onderzoek.” Mooi voorbeeld van precisietechniek.
Door op “Plaats reactie” te klikken ga ik akkoord met
de gebruikersvoorwaarden en de Privacy Policy.