Variabele bemesting bij zaaien van uien geslaagd

Bij akkerbouwer Pim Sturm in Wieringerwerf (N.-H.) zijn deze week (31 maart) uien gezaaid. In dezelfde werkgang is variabel bemest op basis van het lutumgehalte.

Nadat het land droog genoeg was om de bodem te scannen, is snel gereageerd. Op zaterdag 28 maart kwam Eddie Loonstra van bodemadviesbureau Loonstra & van der Weide met tablet en scanner. Maandag leverde hij de meetgegevens en de bodemkaarten aan. Dezelfde dag wist Martijn Laan deze met hulp WUR-expert Fedde Sijbrandij om te zetten in een taakkaart.

Scherpe tekening van grondsoorten

Het perceel toont volgens de meetgegevens van Loonstra een scherpe tekening van grondsoorten, van licht zanderig tot lichte zavel. De variatie in lutum over het gehele veld is ongeveer 10%.
Voor het variabel toedienen van vloeibare meststoffen maakt Sturm gebruik van de Flextank van MB techniek. De doseertechniek is ook bekend onder MBT exact. De bemesting met N-XT (22% stikstof en 5% fosfaat) wordt 5 centimeter naast het zaadrijtje geplaatst. De aansturing vindt plaats via computer en GPS. In dit geval is daar nog een taakkaart ondergelegd.

Pim Sturm en Eddie Loonstra (links) zetten de route uit voor het scannen van 12 ha. De relatief kleine bodemscan hangt op de plaats van de trekbalk.

Meer lutum, minder bemest

Op plekken waar meer lutum was gemeten, is minder bemest.  Bij een standaardgift van 400 liter N-XT per hectare, is 20% naar boven en 20% naar beneden afgeweken. Daartoe moest de pomp dan wel een verschil van 360 liter (bij 15-20% lutum) naar 440 liter (bij 10-15% lutum) kunnen verwerken met dezelfde zaaisnelheid. Van het proefperceel van 12 hectare is 2 hectare op deze manier bemest en 10 hectare standaard.

Geigerteller

De keuze voor de ‘geigerteller’ van Loonstra stond voor Sturm al enige tijd vast. Loonstra ontwikkelde zijn techniek, die als meting van passieve gammastraling te boek staat, al in 2001. ‘’We meten radioactieve deeltjes en die hebben we gerelateerd aan bodemkundige eigenschappen.’’ De scan geeft inzicht in de textuur, zoals korrelgrootte, lutum- en leemgehalte en het percentage organische stof. Vervolgens kunnen watergerelateerde zaken worden berekend. Loonstra: ‘’Op deze manier worden tot in detail bodemeigenschappen en beschikbare nutriënten vastgelegd.’’

Loonstra laat Sturm zien welke gegevens al tijdens het scannen direct afleesbaar zijn. De scanner biedt ook mogelijkheden voor direct reageren.

Om de 12 meter

Sturm trok er zelf tijd voor uit om het perceel te scannen. Daartoe reed hij om de 12 meter een spoor. De scanner is relatief klein en hangt in de houders van de trekbalk. Gelinkt aan de GPS zijn de resultaten direct afleesbaar op de tablet. Later als Loonstra de gegevens in het programma heeft ingelezen, zijn ze als vlakken zichtbaar op een bodemkaart.  Gezien het doel van de bodemkaart, zijn geen aanvullende monsters gestoken.

Scannen in stroomversnelling

De laatste jaren is het scannen van bodems in een stroomversnelling geraakt. Vervolgtoepassingen worden volgens Loonstra gebruiksvriendelijker. Een groep telers krijgt intensive begeleiding. Bij deze telers heeft de adviseur inzicht in de bedrijfsvoering en de specifieke wensen. Met een bodemkaart als uitgangspunt, denkt hij mee over strategieën om de bodem langdurig te verbeteren. Zo’n eerste bodemkaart is bij werkgangen essentieel om vooraf te bepalen wat de totale afgifte moet zijn (welke voorraad moet de teler meenemen) en welke marges aangehouden moeten worden.

Ook zonder bodemkaart reageren

De gebruiksvriendelijkheid zit in het feit dat het beschikken over een bodemkaart niet meer noodzakelijk is om de machine aan te sturen. Realtime reageren heeft bij telers de voorkeur, omdat het gevoelsmatig concreter is en omdat er minder computerwerk bij komt kijken. Loonstra: ‘’De scanner kan voorop de tractor worden bevestigd en het mechanische deel reageert direct op de ingelezen waarden. Hierbij gaan we terug naar sectiecontrole. De afgifte van zaad, compost, vaste en vloeibare bemesting  wordt continu bijgestuurd. Door marges goed in te stellen, gebeurt dit in een flow en niet schoksgewijs.’’ De tijd dat van elk perceel een bodemkaart moet worden gemaakt, die ook weer moet worden gekoppeld aan het GPS-systeem en de aandrijving van de machines is daarmee voorbij. Dit gaat ook schelen in de kosten.

Mate van dienstverlening

Sturm, koos vanwege zoute kwel in zijn gebied voor de passieve gamma van Loonstra. In de eerste week van april zullen opnieuw meerdere principes van scannen, ontwikkeld door evenzovele aanbieders, worden vergeleken. Wat niet kan worden meegenomen, maar binnen NPPL wel wordt gedeeld, is de mate van dienstverlening. Sturm liet dit meewegen in zijn keuze voor Loonstra.

 

 

Leave a Reply

Your email address will not be published. Required fields are marked *

Door op “Plaats reactie” te klikken ga ik akkoord met
de gebruikersvoorwaarden en de Privacy Policy.