Voor boeren met precisielandbouw telt nauwkeurig werken het meest
Bedrijven met ervaring met precisielandbouw vinden dat zij met deze technieken vooral in staat zijn om nauwkeuriger te werken. Ook zeggen zij efficiënter met gewasbeschermingsmiddelen te kunnen omgaan. Dat blijkt uit een enquête van Aeres en Wageningen University & Research onder boeren die interesse hebben in precisielandbouw.
De enquête geeft een beeld in hoeverre boeren al precisielandbouwtechnieken omarmen. Aan het onderzoek deden 203 bedrijven mee. Dit zijn voornamelijk Nederlandse akkerbouwers (3/4), waarvan ook veel loonwerk uitvoeren. De uitkomsten geven geen representatief beeld van de gehele agrarische sector, maar wel een beeld van bedrijven die interesse hebben in precisielandbouw.
Voordelen
Van de ruim 200 bedrijven die aan het onderzoek meededen, noemt driekwart dat nauwkeurig werken het grootste voordeel is van precisielandbouw. Het efficiënter inzetten van gewasbeschermingsmiddelen wordt door twee op de drie genoemd. Een hogere opbrengst, kostprijsverhoging, tijdsbesparing en een beter inzicht in de administratie worden minder vaak als voordeel genoemd.
Eerste computers
Dat deze bedrijven open staan voor nieuwe ontwikkelingen, blijkt uit het jaar dat de eerste computers op het bedrijf werden verwelkomd. De eerste klimaatcomputers voor bewaarruimten werden in het begin van de jaren tachtig geïnstalleerd. Later volgenden teeltregistratiesystemen, beslissingsondersteunende systemen (BOS) en –inmiddels niet meer weg te denken- smartphone’s en tablets. Zo is het gebruik bij de ondervraagde bedrijven van BOS met 50% hoog. In de gehele akkerbouwsector ligt dit aandeel naar verwachting lager.
Gps-systemen en VRA
Gps-systemen deden hun intrede omstreeks de eeuwwisseling. Inmiddels is op nagenoeg alle bedrijven die aan het onderzoek meededen een gps-systeem aanwezig. De helft van de bedrijven heeft zelfs gps-systemen op meerdere tractoren en/of machines. Gps en Isobus-terminals zijn een basis voor variabel doseren (VRA). Vanaf 2012 zien we variabel doseren langzaam op gang komen bij zaaien, planten en de inzet van meststoffen en gewasbeschermingsmiddelen. In 2019 geeft 15 tot 25% aan de hulpmiddelen op een of andere manier variabel in te zetten. Hoe precies is niet gevraagd.
Sensoren
Het gebruik van sensoren stijgt vanaf 2010 langzaam maar zeker. Inmiddels maakt 30 tot 50% van de ondervraagde bedrijven hiervan gebruik. Sateliet beelden waren daarbij in 2019 het meest populair en mogelijk de belangrijkste databron voor variabel doseren. Verder blijkt dat 30% van de ondervraagde bedrijven bezig is met opbrengstmetingen, vooral bij de productie van ruwvoer, graan en aardappel.
De metingen van gehalten in mest met NIR-sensoren komt nog traag van de grond. Vorig jaar maakten zo’n 20% van de ondervraagde bedrijven gebruik van zo’n sensor. Onkruid en mechanische bestrijding met sensoren is gestart in 2010, maar is in 2019 nog maar door zo’n 10% van de bedrijven omarmd. De adaptatie verloopt hiervan traag, aldus de onderzoekers.
Taakkaarten
Inmiddels heeft de helft van de ondervraagde bedrijven ervaring met het werken met taakkaarten. Ze passen deze toe bij het variabel doseren van plantmateriaal, stikstof en gewasbeschermingsmiddelen. Het gebruik verschilt per toepassing en lag vorig jaar tussen de 15 en 25%. Daarbij is niet gevraagd naar de mate van precisie, alleen maar of er mee gewerkt wordt.
Door op “Plaats reactie” te klikken ga ik akkoord met
de gebruikersvoorwaarden en de Privacy Policy.